Bij vacuümglas wordt de ruimte tussen de twee glasplaten vacuüm gezogen. Kleine pilaartjes houden de twee glasplaten van elkaar. Wel zijn deze afstandhoudertjes op kleine afstand zichtbaar. Bij sommige fabrikanten is een vacuüm-strip of -dop zichtbaar op het glas. Het glas is verkrijgbaar vanaf ca. 7 mm dik. Deze variant is toepasbaar bij kleine ruiten tot de grootte van ca. een A4. Voor grotere ruiten zal de 8 mm variant moeten worden toegepast. De minimale vereiste sponningdiepte is resp. 17 en 18 mm. Er wordt ook vacuümglas aangeboden met getrokken glas; deze is echter minimaal 10 mm dik.
De verbetering van de isolatiewaarde ten opzichte van standaard enkel glas is ca. 72 % (vergelijkbaar met tripple glazing). Door het vacuüm is de koudestraling van de ruit in tegenstelling tot andere glassoorten zeer klein.
Vacuümglas is een hoogwaardig product maar is relatief kostbaar.
Aandachtspunten:
- Zonwerende coatings in of op het glas kunnen een extra spiegelend effect geven. Bij monumenten of panden met een hoge beeldbepalende kwaliteit keuren monumenteninstanties alleen glas toe met een beperkte reductie van de lichttoetredingsfactor (LTA of TL-factor) en zontoetredingsfactor (g-factor) en dient het glas zoveel mogelijk de uitstraling van gewoon blank glas te hebben.
- Het glas is zwaarder dan standaard enkel glas waardoor het raam zwaarder wordt; dit kan voor draairamen betekenen dat de scharnieren moeten worden vervangen. Bij schuiframen moeten de contragewichten worden vervangen door veren. Er bestaan ook veersystemen die onzichtbaar in de belegkast kunnen worden geplaatst.
- Ook als een roede voldoende sponningdiepte heeft, kan het zijn dat de roede onvoldoende stijfheid heeft om het zwaardere glas te dragen. Een eventuele mogelijkheid is het aanbrengen van een stalen verstijving aan de achterzijde op de kruisingen van de roeden.
- Door het vacuüm heeft vacuümglas tevens een zeer hoge geluidsisolatie.
Zie ook Kierdichting bij schuiframen of Kierdichting bij draairamen
