Begane grondvloeren kunnen boven een kelder of een kruipruimte liggen maar ook rusten op het onderliggende zandpakket. Bij souterrains die in gebruik zijn als woonverdieping is dit vaak het geval maar het komt ook voor bij een reguliere begane grond. Hoewel er een onderscheid valt te maken tussen houten vloeren enerzijds en betonvloeren en troggewelf-vloeren anderzijds, kan alles wat geschikt is voor een houten vloer ook toegepast worden bij een steenachtige vloer, maar niet omgekeerd. Vandaar dat er geen onderscheid wordt gemaakt tussen de soorten vloeren en er alleen wordt aangegeven wanneer een oplossing minder of niet geschikt is voor houten vloeren.
Vloeren
Het isoleren van vloeren tussen verwarmde en onverwarmde ruimtes, zoals een begane grondvloer of eventueel een zoldervloer, beperkt het warmteverlies aanzienlijk. Het isoleren van vloeren tussen verwarmde ruimtes heeft in verhouding een geringer effect en blijft hier buiten beschouwing. Het isoleren van vloeren kan van boven of van onder af. In beginsel maakt het energetisch niet uit of de isolatie op of onder de vloer wordt aangebracht. Het product en/of de methode zijn daarentegen wel van invloed op het isolatieniveau. De technische situatie en aanwezige monumentale waarden bepalen in hoge mate wat de meest geschikte oplossing is.
Er bestaan veel producten en systemen om vloeren te isoleren. Veel hangt af van het type vloer en de condities van de ruimte eronder. Het isoleren van een begane grondvloer beperkt het warmteverlies met gemiddeld 10%. Het isoleren van een zoldervloer bij een ongeïsoleerde zolder met ca. 15%.
- begane grondvloeren
- zoldervloeren